Voorderailleur afstellen.

voorderailleur afstellen

Leestijd

5 minuten.

Gemiddeld genomen tijd dat iemand dit artikel leest.

Kosten

€ ,-

Dit zijn ongeveer de kosten dat wij hebben betaald.

Gereedschap

Niveau

1/5

Dit is een richtlijn aan de moeilijkheid van de klus.

De voorderailleur afstellen speelt een cruciale rol bij het wisselen van de ketting tussen de kettingbladen op een fiets. Wat hem onderscheidt van de achterderailleur is dat de voorderailleur alleen contact maakt met de ketting op het moment van het schakelen.

De voorderailleur is gemonteerd boven het bracket, het centrale deel van de fiets waar de trapas zich bevindt. Het heeft meestal twee of drie bladen, afhankelijk van het type fiets, en het wordt bediend via een schakelmechanisme dat aan het stuur is bevestigd. Wanneer een fietser schakelt van het ene kettingblad naar het andere, duwt de voorderailleur de ketting van het ene kettingblad af en leidt deze naar het andere.

Het belangrijke verschil met de achterderailleur is dat de voorderailleur niet voortdurend in contact staat met de ketting. In tegenstelling tot de achterderailleur, die de ketting in beweging houdt terwijl je fietst en schakelt, komt de voorderailleur alleen in actie op het moment van schakelen tussen de kettingbladen. Dit minimaliseert wrijving en vermindert slijtage, wat vooral belangrijk is omdat de voorderailleur vaak wordt gebruikt om grote veranderingen in versnellingen aan te brengen.

Kortom, de voorderailleur is een essentieel onderdeel van de fietstransmissie en maakt het mogelijk om soepel en efficiënt tussen de kettingbladen te schakelen, met minimale wrijving en slijtage.

 

De voorderailleur bestaat uit twee hoofdonderdelen:

  1. De kettingkooi of kettinggeleider. De kooi bestaat uit een linker en een rechter geleider. De ketting loopt vrij tussen deze twee geleiders. Tijdens het schakelen verplaatst de kooi naar buiten of binnen en duwt de zijkant van de kooi de ketting op een ander kettingblad. De buitenste geleider duwt de ketting van een groot naar een kleiner kettingblad. De binnenste geleider duwt de ketting van een klein naar een groter kettingblad.
  2. Een parallellogram dat ervoor zorgt dat de kettingkooi op de juiste wijze beweegt. Het principe is vergelijkbaar met dat van de achter derailleur. De voorderailleur kan ook precies gesteld worden door combinatie van een veer en trekkabel. Het parallellogram wordt aan de zitbuis bevestigd met een klemband, deze wordt om de zitbuis geklemd en is in diverse diameters verkrijgbaar. De diameter waarvoor de klemband geschikt is, staat meestal binnen in de klemband. Diameters die toegepast worden zijn: 28,6, 31,8, 34,9 mm.

Voor een goede werking is het van belang dat de geleider evenwijdig staat aan het kettingblad en dat de geleider schuin omhoog beweegt als de ketting van klein naar groot schakelt. De linker- en rechtergeleider zijn aan de onderkant met elkaar verbonden. Deze verbinding dient ervoor om de ketting op te vangen als die van een kettingblad wordt geschakeld. Als deze ontbreekt, kan de ketting overal tussen komen. Zie afbeelding 14.

 

PullDown, Top-pull of DIRT

Voorderailleur kan met een kabel naar beneden of met een kabel naar boven bediend worden. Als de kabel naar beneden getrokken wordt spreken we van een pulldown derailleur. Bij deze systemen is een kunststofplaat gemonteerd onder de brackethuls waar de derailleurkabel door loopt. Als de kabel naar boven wordt getrokken spreken we van een top-pull derailleur. Bij fietsen met dit systeem lopen de derailleurkabels meestal over de bovenbuis. Bij het vervangen van een derailleur moet er dus op het type derailleur gelet worden. Een uitzondering hierop is de DIRT derailleurs van SRAM/Sachs. Door een speciale constructie kan deze derailleur zowel van boven als van onderen aangetrokken worden.

Omdat de voorderailleur alleen maar actief is als hij schakelt, zal de voorderailleur veel minder snel slijten dan de achter derailleur. Ook is de eis dat de scharnierpunten volkomen spelingvrij moeten zijn minder kritisch. Slijtage aan de voorderailleur wordt meestal veroorzaakt doordat de ketting niet in alle standen vrij loopt en met de zijkant tegen de kettinggeleider schuurt.

Net als de achter derailleur is de voorderailleur voorzien van twee Stelschroeven die moeten voorkomen dat de ketting van de kettingbladen afloopt. De stelschroef voor de kabellengte ontbreekt bij de derailleur. De kabellengte bij voorderailleurs moet gesteld worden bij de schakelaar of bij de nok op de onderbuis.

Het afstellen van de voorderailleur gaat als volgt:

Monteer de voorderailleur aan de nok of zitbuis. De voorderailleur is goed gemonteerd als de kettinggeleiders zo veel mogelijk evenwijdig aan de kettingbladen lopen en de onderkant van de rechtergeleider zich 2 tot 3 mm van de top van het grootste ketting- – blad bevindt. Zorg ervoor dat de klemband voor de derailleur goed vastzit. Als deze band te los zit, kan hij door de kabelspanning naar beneden getrokken worden. De voorderailleurs van Shimano zijn voorzien van een “ProSet afstelmal” die de rechter derailleurkooi precies boven het buitenste kettingblad houdt. Tevens is de derailleur voorzien van een sticker die 1 mm van het kettingblad geplaatst moet worden. Na bevestiging van de derailleur worden de sticker en afstelmal verwijderd.

Monteer de ketting en leg deze op het kleinste kettingblad en het grootste kettingwiel. Zie afb. 16.

Draai de Stelschroef met letter L zo, dat de linker geleiderkooi ,5 mm speling heeft met de ketting. De ketting moet net vrij lopen. Als de derailleur in deze stand tegen de staande buis komt, staan de kettingbladen te dicht bij het frame. In dat geval is de trapas te kort en moet een langere trapas gemonteerd worden. Als er meer dan 4 mm ruimte is tussen derailleur en de staande buis, staan de kettingbladen te ver naar buiten. Het is dan beter een trapas te monteren met een kleinere kettinglijnafstand.

Monteer de derailleurkabel.

Let er op dat de kabel strak staat en dat de schakelaar helemaal in de laagste stand staat. Schakel de ketting naar het buitenste kettingblad en het kleinste kettingwiel. Draai de stelschroef met zodat de rechterkooi 0,5 mm speling heeft met de ketting. De ketting moet net vrij lopen. Schakel de ketting naar het middelste kettingblad en het grootste kettingwiel. Zie afb. 17 en afb. 18.

Draai de stelschroef op de schakelaar of bij de nok op de onderbuis zodat de linker geleiderkooi 0,5 mm speling heeft met de ketting. Controleer of de ketting in alle standen vrij loopt en soepel van kettingblad verwisselt. Om de ketting in alle mogelijke kettingwielcombinaties vrij te laten lopen is de schakelaar voorzien van een fijn afstelling.

De voorderailleur kan net als de achter derailleur, niet elke willekeurige kettingwielcombinatie schakelen en heeft een maximale capaciteitsopgave en specificatie.

Deze bestaat uit:

  • Het aantal kettingbladen dat de derailleur kan Schakelen
  • De maximale verplaatsing van de voorderailleur ten opzichte van het frame
  • De diameter van de montageklem. Het frame kan een speciale nok hebben voor de montage van de voorderailleur. Ontbreekt deze nok, dan moet de diameter van de montage nok de diameter van de zitbuis van het frame hebben
  • De hoek tussen liggende achtervork en zitbuis
  • De kettinglijnafstand waarbij de derailleur bruikbaar is
  • Het maximale Verschil tussen het kleinste en het grootste kettingblad
  • Het maximale verschil tussen het middelste en het grootste kettingblad (alleen bij derailleurs voor triple crankstellen)
  • De maximale grootte van het grootste kettingblad en de minimale grootte van het kleinste kettingblad.